Dag 15: Hobbelige wegen richting Göteborg
Blijf op de hoogte en volg Fam.
07 Augustus 2016 | Zweden, Lerum
Onze lawaai-buren waren gisteren opeens verdwenen en dat was één van de redenen dat we vanmorgen wat langer hebben geslapen, zalig. Ons riante uitzicht op het meer werd weer een beschenen door een bescheiden zonnetje en de parelduikers hadden flink lawaai totdat de boten begonnen te varen. Toen waren ze snel weg en voor wie denkt: wat is nou toch een parelduiker, die verwijs ik naar mijn foto. Ze zwommen bijna recht “onder” onze caravan, maar toen ze ons zagen bewegen waren ze snel een eindje verderop. Ze zijn erg schuw, maar ook erg mooi en ze kunnen lawaai maken van jewelste. Om 10.15 uur waren we klaar voor vertrek en was het zo’n 20°C. Onderweg (in de buurt van Mellerud) werd de weg erg kronkelig, wat op zich wel leuk was zo tussen de bomen door en niet precies kunnen zien waar je heen gaat. Na een tijdje werd de weg ook wat heuvelachtiger en waren er hellingen van 21% en als dan bovenop een bochtje krijgt … dan wordt het bijna spannend. Je ziet de weg telkens maar een paar meter voor je uit eindigen in het “niets” en als je op de top bent, dan zie je de weg weer naar beneden slingeren tot de volgende bocht. Over een aantal dagen verdeeld, zijn we nu ongeveer driekwart om het grootste meer van Zweden (Vänern) heengereden. Dit meer is 5x zo groot als het IJsselmeer! Zodra je bij het meer vandaan rijdt, wordt het landschap opener. Er is meer landbouw en je kunt dus een stuk verder kijken. Het reed echt heerlijk met het zonnetje over de goudgele velden. We gingen naar een camping in Lerum met de naam Aspen Camping. In Amerika is Aspen toch de wintersportplaats voor de rich and famous? Onze aankomst hier was niet zo glorieus. Ten eerste was het gaan miezeren en ten tweede moesten we langs een fabrieksterrein, omdat de camping er naast ligt. Aan de andere kant liggen het spoor en de doorgaande weg. Wat een overgang! Bij het inchecken spraken we met 2 Nederlandse motorrijders, die net als wij niet teveel Nederlanders op de camping willen. Reint gaf aan niet van campings te houden met Heineken-straten enz. Alle straatjes hier hebben namen als: Unter den Linden, Champs Elysées en Picadilly Circus en waar zetten ze ons heen … aan de Kalverstraat. We besloten de voortent niet op te zetten, omdat we wel zien hoe lang Göteborg ons bezighoudt (vooral gezien de slechte weersvoorspelling). De hele middag heeft het verder zacht geregend of gemiezerd. Tegen 18 uur zochten we een restaurant op in Lerum met de originele naam LeRum. Het zat er behoorlijk vol en de borden met eten die voorbij kwamen leken wel Duits. Brandon koos voor gefrituurde kipstukken met rijst, Reint had varkensfilet met curry/banaan/nootjes en ik nam een grote schnitzel met van alles erbij. Eindelijk weer eens goed gevulde borden voor normale prijzen (ca. € 14 p.p.). Het was prima eten. Daarna zijn we nog wat caches gaan zoeken, want inmiddels was het droog en piepte de zon er bijna doorheen. Lerum is met recht een saaie stad. Alle huizen en gebouwen hier zijn recht, strak en zo saai. We wisten niet eens dat dit bestond in het wondermooie Zweden. Gelukkig komen we hier natuurlijk voor de grote stad Göteborg, die zo’n 15 km. hier vandaan ligt. Nu maar hopen dat het weer wat meevalt, maar na 2 weken goed weer mogen we eigenlijk al niet meer klagen. En willen we toch zeuren, dan weet ik nog wel wat. De fiberstok van Brandon z’n tent is geknapt, onze beide 25 jaar oude luchtbedden zijn lek gegaan (zodat Brandon nu op stoelkussens slaapt) en gisteren hield de kraan in de caravan er mee op. Het positieve van dit alles is, dat mijn superman de fiberstok gefikst heeft met Duct-tape en de pomp van de kraan heeft gerepareerd. De luchtbedden liggen nu op de afvalhoop in Arjäng.